Artiest
info |
Website |
|
|
|
BRUSSEL - 11/05/12 |
|
|
Garland Jeffreys is een naam die bij velen pas een belletje doet rinkelen eens je zijn grootste hits opsomt: 'Hail Hail Rock 'n Roll', 'Matador' en 'Don't call me Buckwheat'. Nochtans heeft de man al vele cd's uitgebracht. Op zijn laatste, 'The King of In Between', laveert hij als vanouds tussen de verschillende stijlen die hij meester is: reggae, soul, funk en blues. Een recensie van deze cd vind je hier .
Binnenkort start de New Yorker een Europese tournee om dit album te promoten, maar wij wisten hem nu al te strikken voor een zéér aangenaam gesprek, dat doorging in Huis 23, boven de AB. Nadien vergastte hij ons voor een AB Session nog op een akoestische versie van enkele pareltjes: Coney Island Winter en New York Skyline
Het nieuwe album 'The King of in between' is werkelijk fantastisch! Gefeliciteerd.
Ik wil eerst iets vragen over de titel. Een thema dat veel terugkomt in je werk is het zich tussen twee werelden bevinden. Voel je dat je daarin vastzit, of dat je heen en weer geslingerd wordt tussen die werelden?
Nee, nu niet meer. Wel toen ik veel jonger was. Ook als klein kind voelde ik mij ongewoon. Er was niemand in de buurt zoals ik, met mijn lichtere huid. Althans, ik zag ze niet. Maar toen ik ouder werd, zag ik meer en meer van de wereld, en mijn inzicht veranderde. En nu zie je overal ter wereld een ongelofelijke variëteit in huidskleuren. Er zal altijd wel iemand zijn die je niet kan uitstaan omwille van je huidskleur. Zelfs als je blank bent.
Op een bepaalde manier ben ik een ambassadeur van 'mixed race'. Ik hou van mensen, niet van huidskleuren, zelfs als kind was dat al zo. Het heeft niks te maken met een bepaald ras. Er zijn mensen waar je je niet goed bij voelt, en anderen waarmee je heel goed opschiet, maar dat heeft niks met hun huidskleur te maken.
Maar opgroeien was een uitdaging. Hoe meer ik zag rondom mij, hoe meer ik het begreep, en hoe beter ik me voelde. Ik wist hoe de wereld in elkaar zat, het was geen mysterie meer. Sommige mensen vinden het misschien raar dat dit een belangrijk thema is voor mij, maar ze kennen mijn wereld niet, ze weten niet hoe het was.
En ik heb geluk gehad met de vrienden die ik heb, bekend of niet bekend. Ongeacht hun huidskleur.
Eén van die vrienden is Alan Freedman. Jullie kennen elkaar al meer dan 40 jaar.
We hebben elkaar in 1969 ontmoet, en hebben sindsdien altijd samengespeeld.
Kunnen jullie elkaar nog verrassen op muzikaal gebied?
Ik vind hem een heel interessante gitarist. Heel ongewoon als je hem met anderen vergelijkt. Er zijn gitaristen die in groepen spelen, en die soms op safe spelen. Zelfs als ze écht goed zijn. Alan Freedman is echter heel inventief, en heel getalenteerd. Ik ben echt gelukkig dat ik hem ken, hij heeft mijn muziek naar een ander niveau gebracht.
Er zit een periode van ongeveer 13 jaar tussen dit album en het vorige. Hoe komt dit?
Mijn vrouw werd zwanger. Echt waar... We waren heel blij, want we wilden al lang een kind. En toen werd Savannah geboren. Een heel slim kind, heel talentvol. Ze speelt piano en ze zingt. Ze heeft een eigen Youtube kanaal, waar ze filmpjes post. We zien wel wat de toekomst brengt, ik probeer haar niet te veel te pushen, ze moet haar eigen weg vinden.
Maar het is wel erg duidelijk dat je trots bent op haar.
Absoluut! Ze zit momenteel in een nieuwe fase in haar leven. Ze realiseert zich nu welke haar prioriteiten zijn en wat belangrijk is. En ze doet er iets mee. We begeleiden haar, maar we moeten het haar niet inpeperen. Ze doet het bijna vanzelf. Ze wil later naar een goede hogeschool of universiteit gaan, en ze weet dat ze ervoor zal moeten werken, en dat doet ze ook.
Op 30 juni is er een groot gratis concert in Stuyvesant Town (New York). Shemekia Copeland speelt eerst, daarna zal Savannah een paar liedjes brengen, en dan ik met de groep. Dat zal heel spannend zijn voor haar.
Even terug naar de muziek, meer bepaald de muziekindustrie. Daar is heel wat veranderd de laatste jaren, met het internet, downloads, iTunes. Wat denk jij hierover?
De ontwikkelingen in het algemeen storen me, want op het internet vind je zoveel gratis muziek. Hierdoor is het minder gemakkelijk voor muzikanten om van hun muziek te leven. Het creeërt een soort van 'oneerlijkheidsfactor', sommige mensen beseffen niet dat je in het verleden moest betalen voor muziek. Voor artiesten is dit één manier om geld te verdienen. Ook al is het niet veel. Sommige muzikanten verdienen hopen geld, maar de meesten niet.
Maar hoe ik ermee omga? Ik treed enorm veel op. Constant. Ik speel huisconcerten, in clubs, op festivals, in theaters. Soms solo, soms met Alan, en soms als trio met een drummer, en ook soms met een volledige groep. Zo speel ik de volgende weken op verschillende plaatsen in Europa: we zitten in België, Frankrijk, Nederland, Duitsland en Zwitserland. Na die concerten verkopen we ook steeds cds, want eigenlijk willen de mensen nog altijd een cd in hun handen, en liefst nog één gesigneerd door de artiest.
Er is momenteel ook een vinylrevival bezig. Ik weet niet hoelang dat gaat duren, het kan gewoon maar een trend zijn, maar vinylverzamelaars zijn er voldoende.
New York is heel erg aanwezig in het nieuwe album. Wat trekt je nog steeds aan in je stad?
Ik wil nergens anders wonen. Ik kan gaan en staan waar ik wil. We wonen in een park, en ik werk van thuis uit. Als ik even wil pauzeren, kan ik gewoon op een bankje in het park zitten. Of een koffie drinken in de buurt en met vrienden afspreken. En, mijn dochter houdt op dezelfde manier van New York als ik.
Maar ik hou ook enorm van Parijs, of Brussel. Ik zie de schoonheid en de opwindende en interessante aspecten van andere steden of landen. Maar ik ben niet van plan om te verhuizen, dat ben ik zeker!
In analogie naar het lied 'Music was my first love' van John Miles: welk genre was jouw eerste liefde?
Jazz. Mijn familie luisterde constant naar jazz: Count Basie, Duke Ellington, Stan Kenton. Daar luisterden ze naar en dansten ze op. Mijn moeder hield van Ella Fitzgerald, Sara Vaughn, Nat King Cole, Sinatra.
En toen kwamen Little Richard en Fats Domino op de proppen. En Frankie Lymon was mijn idool en mijn rolmodel. Hij was slechts 12 toen hij begon.
Ik zong al in de kleuterschool. Ik stond dan voor de klas, en zong en danste. Shaken, zoals Little Richard. Iedereen was er gek op: de kinderen wilden dat ik zong, en de leraars ook. Geen podiumvrees voor mij (lacht).
De zin 'Life was bent and I was twisted' in 'Contortionist' is heel opvallend. Gaat dit lied over jou?
Dit lied gaat inderdaad over mij. Maar dan over mijn jongere ik. Nu ben ik veel zelfzekerder en wring me niet meer in honderden bochten om anderen een plezier te doen.
Voor heel wat Europeanen is Coney Island een magische plaats, één groot attractiepark. De hoogdagen van Coney Island zijn echter allang voorbij.
Coney Island zal nooit meer zijn wat het was. Het was een fantastische plaats. Als ik eraan denk krijg ik weer kippevel. Als kind ben ik er veel geweest met mijn ouders. Ik heb op bijna alle attracties gezeten: de 'Cyclone' (achtbaan), de draaimolen, botsauto's, de Tornado, de Loop-the-Loop, de parachutesprong. Ik deed ze allemaal! Ik genoot van iedere seconde en ik wou dat het nog kon doorgaan. Sommige attracties staan er nog, zoals de Cyclone. Maar van de parachutesprong rest alleen nog de stalen structuur.
Ik was een gelukkig kind daar. Op het strand, in het zand, in het water. En als mijn ouders niet meegingen, ging ik alleen. Ik ben opgegroeid aan het strand, ik hou er nog steeds enorm van.
Het was een droom. Ik herinner me nog dat ik als kind steeds naar het water wou. Een oudere dame wachtte daar op mij, ze verstopte altijd centjes in het zand, en ik zocht die dan.
Coney Island was echt, een droom die echt was.
Maar de buurt is veel verslechterd, er is nu een ghetto met heel veel misdaad, armoede en moeilijkheden voor sommige mensen. Meestal zwarten, die er echt slecht aan toe zijn.
De immobiliën zien in Coney Island een nieuwe uitdaging, ze cirkelen boven Coney Island als roofdieren. En ze vertellen aan iedereen die het wil horen dat de gloriedagen van Coney Island kunnen terugkomen. Maar dat is dikke zever, het kan niet terugkomen, het zal nooit meer zijn wat het was. Ze willen er een paradijs voor de rijken van maken met luxueuze appartementen. Dat kan lukken, maar ik heb het nog gezegd en ik blijf het herhalen: vertel me niet dat Coney Island terugkomt, want dat kan niet.
Er staan ook een aantal liedjes over ouder worden en de dood op deze cd. Maar het lijkt wel alsof de tijd geen vat heeft op jou.
Ik ben nog steeds op en top vitaal, en heel energiek, ook op het podium. Ik word volgende maand 68, maar da's enkel in cijfers zo, niet in mijn hoofd. Ik zou graag blijven optreden tot ik niet meer kan rechtstaan. En dan treed ik wel zittend op. Ik zou niet weten waarom ik zou moeten stoppen nu.
Nog zo'n goede zin: 'I like a message in my sound'. Het is wel duidelijk dat teksten belangrijk zijn. Spendeer je heel wat tijd aan je teksten en de boodschap die je wil brengen?
Voor deze cd moest ik echt wel een betere tekstschrijver worden. Ik heb hard gewerkt om mijn teksten sterker en interessanter te maken. Ook al waren ze goed, dan nog probeerde ik ze te verbeteren. Ik probeer steeds beter te worden. Dat is één van mijn taken nu: wat ik ook al bereikt heb, de uitdaging is om mijn werk naar een hoger niveau te tillen.
Je hebt met verschillende muzikanten gewerkt voor dit album. Was daar een specifieke reden voor?
Ik vind het wel aangenaam om met verschillende muzikanten te werken. Soms hoor je iets over één of andere muzikant, en dan wil je daar in zee mee gaan. Zoals Larry Campbell. Hij is een prima gitarist, en heeft sommige liedjes mee geproducet. Hij heeft me heel erg geholpen, ook in het maken van beslissingen. Soms zit je vast, en wil je iets proberen, iets bijvoegen, en op die momenten heeft Larry mij enorm geholpen. Hij zal ook het volgende album producen.
Er zijn dus al plannen voor een nieuwe cd?
Ik ben songs aan het schrijven nu, er zitten er al een paar heel mooie tussen.
We hoeven dus geen 13 jaar meer te wachten?
Nee, 10 jaar zal wel voldoende zijn (lacht). Maar ik ben een workaholic nu, een compleet nieuwe fase in mijn leven.
'In God's Waiting room' is dan weer een Delta bluessong. En een heel sober lied.
Ik denk vaak na over welke instrumenten ik wel of niet kan gebruiken. Ik probeer mijn cds niet te overladen met instrumenten. Ik gebruik altijd verschillende muziekstijlen, en probeer me dus bij elk lied af te vragen welke stijl of welke instrumenten het beste passen. Een echte evenwichtsoefening soms om uit te vinden wat precies een lied beter kan maken.
De hele wereld kreunt onder een financiële en economische recessie. In 'All around the world' waarschuw je ons oa om de banken niet teveel te vertrouwen. Maar wie zal ons dan helpen om er terug bovenop te komen?
Stuur al je geld maar naar mij (lacht).
Maar wanneer ik zing: 'Put your money in a mattress', dat is natuurlijk geen echte oplossing, maar je moet toch voorzichtig zijn als het om geld gaat. Heel veel mensen weten niet hoe met geld om te gaan. Ik heb ook al één en ander meegemaakt op dat vlak. Je moet echt je tijd nemen om het te leren en om de juiste beslissingen te nemen. Maar ik denk niet dat de wereld bankroet is, alhoewel het belangrijk is om voorzichtig te zijn nu. Iedereen moet waakzaam blijven.
Is een revolutie de oplosssing?
Ik heb niet echt een antwoord hierop. Ik heb wel weinig geloof in de mensen die ons moeten leiden. Ik ben niet echt gelukkig met het beleid nu, maar ook de mensen die zeggen tégen het beleid te zijn, bieden niet echt een oplossing.
Laatste vraag: hoeveel mensen vragen je iets over je vriendschap met Lou Reed?
Er heeft nog nooit iemand iets gevraagd (lacht).
Iedereen doet het... Maar ik hou het simpel. Wij zijn al 50 jaar bevriend. Ik waardeer zijn mening, en hij de mijne. Maar niemand vraagt echt private zaken, en da's goed. En de mensen willen iets horen, dus vertel ik hen iets.
Kathy Van Peteghem |